Patineren

U kunt de figuur na het bakken patineren om het oppervlak levendiger te maken of om de structuur van de figuur te benadrukken. Gebruik hiervoor eenvoudige boenwas of was voor auto onderhoud. Omdat klei veel opneemt, moet u de autowas enkele keren opspuiten. Boenwas moet warm met terpentine of aceton worden verdund. Als u de terracotta een andere kleur wilt geven, gebruikt u een trucje door aan het boenwasmengsel kleurpigmenten toe te voegen (verkrijgbaar in een zaak voor kunstenaarsbenodigdheden).

Effecten

Interessante effecten krijgt u ook als u een met was ingesmeerde figuur voor het polijsten met droge gips bestrooit. Blaas de overtollige gips eraf en polijst de figuur daarna met een zachte borstel tot hij op de gewenste plaatsen glanst. Het gips hecht zich op oneffenheden en vormt een mooi contrast met het terracottakleurige, gladde oppervlak. U kunt naar hartenlust experimenteren. U kunt uw ideeën het beste eerst uitproberen open proefexemplaar of op de achter- of onderkant van een figuur.

Holle opbouw

De vervaardiging van terracotta’s kent een beperking wat betreft de grootte van de werkstukken, aangezien te grote werkstukken door het eigen gewicht van de klei in elkaar zakken. De techniek van de holle opbouw verhindert dit. Hierbij werkt u de vorm uit met plakken of rollen die u op elkaar legt. Binnenin bouwt u verbindingen die u goed met de buitenste vorm moet verbinden. Bouw het werk langzaam op, want de onderste dragende delen moeten steeds iets drogen om het gewicht van de nieuw toegevoegde klei te kunnen dragen.

Afvormen

Voor de beeldhouwer is klei niet altijd het uiteindelijke materiaal maar vaak ook een middel voor het maken van de vorm. De figuur zelf wordt dan in een ander materiaal uitgevoerd. Dit kan bijvoorbeeld een afgegoten eindproduct zijn, zoals een bronsafgietsel, steenafgietsel, polyesterafgietsel of gipsafgietsel. Deze laatste wordt gebruikt voor het punteren (kopieren) van een werkstuk in hout of steen. Voor een afgietsel moet u in elk geval een vorm vervaardigen. U kunt kiezen tussen een verloren vorm, die na het afgieten (bijvoorbeeld bij een steen- of gipsafgietsel) kapot wordt geslagen, en een vorm die u meerdere keren kunt gebruiken. In het laatste geval wordt meestal gebruikgemaakt van een siliconenvorm. Als u zich verder wilt verdiepen in het onderwerp ‘afvormen’ kunt u het beste goede vakliteratuur aanschaffen. U kunt ook bij beeldhouwers, gipsgieters en bronsgieters informeren.